Het is in de loop van hun studies over de Franse revoluties
van de 18de en de 19de eeuw dat Marx en Engels de begrippen
“politieke revolutie” en “politieke contrarevolutie” hebben
ontworpen. Begrippen die men moet onderscheiden van de begrippen
“sociale revolutie” en “sociale contrarevolutie”. Men noemt een
“sociale revolutie” de overgang van het ene economisch systeem
(het geheel van de productieverhoudingen) en van de macht van de
ene heersende klasse, naar een ander economisch systeem en naar
een andere heersende klasse. De burgerlijke revolutie betekent
de machtsovergang van de absolute monarchie en van de
halffeodale hofadel, naar de burgerij. De proletarische
(socialistische) revolutie betekent de machtsovergang van de
burgerij naar het proletariaat (de klasse van loontrekkers).
Politieke revoluties en contrarevoluties in
Frankrijk
Een sociale contrarevolutie wil zeggen de terugkeer aan de
macht vanwege de vroegere heersende klasse, die voordien een
nederlaag had geleden in de revolutie. Indien de Witten hadden
gewonnen in de loop van de burgeroorlog in Rusland tijdens de
jaren 1918-1919, indien de Amerikaanse invasie van Playa Giron
zou gelukt zijn op Cuba, indien de aanvallen van de “Contras” in
Nicaragua met succes werden bekroond, dan zouden we getuige
geweest zijn van zo’n sociale contrarevolutie.
Daarentegen, de contrarevolutie die (na de sociale revolutie
van 1789) in Frankrijk triomfeerde in 1794 met de 9de Thermidor,
die zich daarna verlengde in het Consulaatsregime en het
keizerrijk (Napoleon Bonaparte) en die zich consolideerde met
het opnieuw aan de macht komen van het koningshuis van de
Bourbons in 1814-15, was geen sociale contrarevolutie.
Immers, het halffeodale regime van vroeger werd op het
economische vlak niet hersteld. Frankrijk bleef een
kapitalistisch land. De adel kreeg de voorrechten die zij in
1789 had verloren, niet terug. De burgerij bleef de heersende
klasse.
De politieke contrarevolutie wordt essentieel gekenmerkt
doordat een (belangrijk) deel van de heersende klasse in de
uitoefening van de macht, wordt vervangen door een ander
deel van diezelfde heersende klasse, zonder dat de
bestaande productieverhoudingen veranderen. In het geval van
Frankrijk waren het eerst de Thermidoriaanse en Bonapartistische
oorlogsspeculanten en -profiteurs die de Jakobijnen vervingen.
Daarna verving de grote agrarische burgerij (die met een deel
van de vroegere en de nieuwe adel was versmolten) de groep van
de thermidorianen en Bonapartisten aan de macht, na 1815. Zo
waren de opeenvolgende Franse revoluties in de 19de eeuw (1830,
1848, 1870) politieke, en geen sociale revoluties. Heel die tijd
door bleef Frankrijk een kapitalistisch land. De burgerij bleef
de heersende klasse. Maar de uitoefening van de politieke
macht ging over van de ene belangrijke fractie van de
burgerij in de handen van een andere (belangrijke) fractie van
de burgerij : eerst van de agrarische burgerij naar de
financiële burgerij (banken) daarna van de financiële burgerij
naar de zakenburgerij (“affairisten”) onder Napoleon III; tot
slot was het de eigenlijke industriële burgerij die zelf de
macht veroverde, met de instelling van de derde republiek.
Het ging telkens om een echte revolutie, met een volksopstand
die erin lukte om de regering omver te werpen. Het bijzonder
kenmerk van deze politieke revoluties lag erin dat zij het
bestaande economisch systeem en het politiek machtssysteem van
de heersende klasse niet verzwakten, maar integendeel
consolideerden en de (economische en politieke) potentialiteiten
ervan ontwikkelden.
Wat betreft de Commune van Parijs na 1871. Het gaat hier om
een sociale revolutie, vermits (gedurende een korte periode) de
macht — in Parijs — overging van de burgerij naar het
proletariaat. De nederlaag van de Commune door de “Versailles”
troepen is één van de zeldzame zegevierende sociale
contrarevoluties uit de moderne geschiedenis.
Politieke revolutie en contrarevolutie in de
USSR
Naar analogie met de geschiedenis van de Franse revoluties,
zijn, eerst, Lenin en, daarna Trotsky beginnen spreken over het
gevaar in de USSR van een politieke contrarevolutie, een
sovjet-Termidor. Lenin gebruikt de uitdrukking vanaf 1982, als
een mogelijkheid. Trotsky en de eerste Linkse Oppositie nemen
het woord over in dezelfde zin, vanaf 1923. Daarna zal Trotsky
zeggen dat het zo maar niet om een mogelijkheid gaat: de
sovjetthermidor heeft wel degelijk plaatsgevonden in 1923-24.
Het begrip politieke contrarevolutie in de “USSR” is
natuurlijk fundamenteel verschillend van een sociale
contrarevolutie, die zou betekenen dat het kapitalisme was
hersteld in de USSR. Bij een politieke contrarevolutie blijft
het economische regime en het bezit van de productiemiddelen,
die werden ingesteld door de Oktoberrevolutie van 1917,
grotendeels wegend. De politieke contrarevolutie betekent ook
dat de kapitalistische klasse (in de marxistische zin van het
woord : nl. die het monopolie van de grote productiemiddelen
bezit, en bijgevolg de producenten verplicht om hun
arbeidskracht tegen een loon te verkopen, doordat deze geen
ander middel hebben om zich de nodige levensmiddelen aan te
schaffen) niet terug aan de macht is gekomen.
Wat er daarentegen gebeurd is, is dat binnen de
arbeidersklasse de uitoefening van de macht is overgegaan van de
massa’s naar een bevoorrechte minderheid, de bureaucratie (die
men vandaag eerder de “nomenclatuur” noemt). Dat er een
“politieke onteigening van het proletariaat” — die te
vergelijken is met de omverwerping van de Jacobijnen in
Frankrijk, — heeft plaatsgegrepen, wordt vandaag ook in de USSR
niet meer betwist door de historici. De Pravda zelf
heeft een terminologie die bijna dezelfde is als die van Trotsky
en van de Vierde Internationale.
Zij spreekt van de “usurpatie van de macht door de
bureaucratie sinds 1924”. Zij bevestigt dat, vanaf dat
jaar, de sovjets (raden) geen enkele echte politieke macht meer
hadden, evenmin trouwens als de arbeiders in de bedrijven. De
verdienste van de Linkse Oppositie bestaat erin van geen 65 jaar
gewacht te hebben om dat op te merken, van dat sinds 1923 aan de
kaak te hebben gesteld, en van geprobeerd te hebben het
contrarevolutionaire tij te doen keren…
De overwinning van de politieke contrarevolutie in de USSR
heeft zich daarna geconsolideerd doorheen de vestiging van de
Stalin-dictatuur in de jaren 1928-32.
Zoals Thermidor en de Bourbonmonarchie in Frankrijk, heeft
zij onnoemelijk schade berokkend aan het sociaal-economisch
systeem, ingesteld door de Oktoberrevolutie. Zij heeft de
ontplooiing van de productieve en creatieve capaciteiten van de
sovjet-unie verhinderd. Zij heeft verschrikkelijke offers – die
konden vermeden worden! — opgelegd aan de sovjet arbeidersklasse
en aan het geheel van de sovjetvolkeren: offers van bloed, van
levenspeil, van vrijheid. Maar ze heeft niet belet dat het elan
van de Oktoberrevolutie zich, ondanks alles heeft doorgezet, in
een economische groei en een sociale vooruitgang. Zoals ook
Napoleon Bonaparte en de Bourbons in Frankrijk de ontwikkeling
van het kapitalisme in Frankrijk niet hebben belet.
De combinatie van deze progressistische ontwikkeling met de
parasitaire rem vanwege de bureaucratie heeft een politieke
revolutie op de agenda geplaatst die door Gorbatsjov zelf wordt
bepleit. Maar hij stelt dit voor als een reeks hervormingen van
bovenaf opgelegd, steunend op een beperkte en strikt
gecontroleerde massamobilisatie, onder leiding van de
“verlichte” vleugel van het partijapparaat.
De historische ervaring van het begin van alle politieke
revoluties in Hongarije 1956, Tsjecho-Slowakije 1968 en Polen
1980-81 toont echter aan dat zolang deze mobilisaties niet
algemeen worden, en niet uitlopen op een ander soort regering (nl.
die van de raden, van de arbeidersraden, van het zelfbeheer door
de werkende bevolking) de weerstand van de bureaucratie niet kan
gebroken worden.
Politieke revolutie en contrarevolutie in
China
De Commune van Peking van april-mei 1989 was het begin van
een authentieke politieke revolutie die probeerde de corrupte en
inefficiënte macht van een kliek bureaucratische despoten te
vervangen door de echte macht van de volksmassa’s een
meerderheid van proletariërs en loontrekkenden, in Peking en in
de andere industriecentra in China. Wij weten voor het ogenblik
niet welke concrete vorm van alliantie deze politieke macht
onvermijdelijk had moeten aangaan met de arme en de middenlaag
van de boeren, die vandaag nog altijd de meerderheid van de
Chinese producenten uitmaken (wat niet meer het geval is in de
USSR en Oost-Europa)
De massa’s die in Peking, Shangai, Huhan en elders in opstand
zijn gekomen, hadden geen enkel belang bij het herstel van het
kapitalisme. Zij hadden ook niet de bedoeling om het te doen.
Het volstaat om hun rode vlaggen te zien en de Internationale te
horen zingen om er zich rekenschap van te geven. Het volstaat te
weten dat de arbeiders die ten noorden van Peking, 123
fabrieksdirekteursbureaucraten hebben afgedankt, niet geneigd
zijn om 123 fabrieksdirecteurskapitalisten binnen te halen. Ze
zetten zelfs de overwegende rol van de KP niet in vraag. Ze
beperkten zich ertoe om democratische vrijheden voor iedereen te
vragen. Ze eisten de terugkeer tot de interne democratie binnen
de KP, ze eisten de uitschakeling van de materiële voorrechten,
van de corruptie, van de inflatie, van de schreeuwende sociale
ongelijkheid, die steeds verder om zich heen had gegrepen de
laatste decennia.
Hun overwinning zou de basis van het socialisme verstevigd
hebben in China. Het land had een nieuwe opbloei gekend. Hun
verplettering in het bloed door een kliek van militaire
despoten, die op een cynische manier de verdediging van hun
macht, hun despotisme, hun prestige en hun materiële voorrechten
plaatsen boven het belang van het socialisme, van het
proletariaat en van het Chinese volk, heeft een harde slag
gebracht aan het socialisme in dit land en in de rest van de
wereld. Maar de verplettering is slechts tijdelijk. 32 jaar
geleden werd de Hongaarse revolutie ook in het bloed gesmoord.
Deze week hebben 1 miljoen mensen betoogd in de straten van
Boedapest, ter nagedachtenis van de kameraad Imre Nagy, de
communistische leider van de regering van die revolutie, die
werd doodgeschoten door de stalinisten. We zullen geen 10 jaar
moeten wachten opdat miljoenen mensen die opnieuw zullen betogen
in Peking ter ere van de studenten en van de arbeiders van de
Commune van 1989, en om hun eeuwige misprijzen en walging uit te
schreeuwen voor de wilde moordenaars. |