Ernest
Mandel wordt geboren in 1923 in Frankfurt in een
revolutionair-communistische familie. Zijn vader is lid van de
Spartakusbond. Hij heeft aan de zijde van Rosa Luxemburg
gestreden en zich in de jaren ‘30 actief verzet tegen het
stalinisme en het opkomend fascisme. Vanaf zijn eerste
levensjaar groeit de jonge Mandel op in Antwerpen. Zijn ouders
leven er in ballingschap.
Nauwelijks
zestien (in 1939) wordt hij lid van de Belgische afdeling van de
Vierde Internationale. Hij neemt deel aan het verzet tegen de
oorlog en de nazi-bezetting en hij verdedigt een moedig
internationalistisch standpunt (tegen de burgerlijke en
stalinistische stromingen in) en deelt revolutionaire pamfletten
uit aan de Duitse soldaten. Samen met Abraham Léon weet hij de
linkse zionisten van Shomer Hazaïr (Jonge Wacht) - een
organisatie die had gebroken met de Communistische Partij na de
ondertekening van het Hitler-Stalin-pact - te winnen voor de
revolutionair-marxistische zaak. Als militant van de PSR
(revolutionair-socialistische partij, verre voorloper van de
SAP) bouwt hij revolutionaire netwerken uit bij de mijnwerkers
en de metaalarbeiders van Luik en Charleroi. Hij wordt
herhaaldelijk door de bezetter gearresteerd, maar weet telkens
te ontsnappen. Aan het einde van de oorlog wordt hij
gedeporteerd naar werkkampen in Duitsland. In april 1945 weet
hij uit die kampen weg te geraken en keert hij terug naar zijn
Belgische kameraden.
Na
de oorlog engageert hij zich in de vakbeweging. Hij wordt één
van de belangrijkste raadgevers van André Renard (de adjunct
algemeen secretaris van het ABVV, die de syndicale linkerzijde
leidt). De twee leerden elkaar eerder kennen bij de Luikse SJW.
Bij
het ABVV is Mandel één van de bezielers van het programma
"Holdings en economische democratie" en van het plan
voor structurele antikapitalistische hervormingen.
Tegelijkertijd neemt hij deel aan de oprichting van het blad La
Gauche. Het blad, waarvan hij hoofdredacteur wordt, verzamelt
zowat de hele linkerflank van de BSP (sociaal-democratie).
Vanuit deze activiteit speelde hij een belangrijke rol in de
voorbereiding van de algemene staking van december 1960, januari
1961, tegen de eenheidswet van eerste minister Eyskens.
In
1964 wordt hij, samen met de hele antikapitalistische
linkerzijde, uitgesloten uit de BSP, die dan met de CVP in een
regering stapt en alle maatregelen vanuit de 'eenheidswet'
doorvoert, ook de antisyndicale wetten.
Vervolgens
wordt Mandel zeer actief in de solidariteit met antikoloniale
revoluties: Algerije, Cuba,... Che Guevara nodigt hem uit in
Cuba, waar hij deelneemt aan een debat over de economische
organisatie van de Cubaanse revolutie (1963-1964). Zijn
internationalistisch engagement was steeds tekenend. In de
nazi-kampen tijdens de tweede wereldoorlog propageerde hij reeds
openlijk de solidariteit tussen Duitse, Franse, Belgische en
Engelse arbeiders tegen het grootkapitaal. In 1949 nam hij al
deel aan steunbrigades voor het Joegoslavische volk en haar
revolutie - die door Stalin dreigde verpletterd te worden.
In
tegenstelling tot vele leeftijdsgenoten weet hij de betekenis
van ‘68 naar waarde te schatten (mei ‘68, de Praagse lente,
het offensief in Vietnam,...). De Franse regering weigert hem de
toegang tot het grondgebied. En ook visa voor de VS, de twee
Duitslanden, Australië en Nieuw-Zeeland worden hem geweigerd.
In
België is Ernest Mandel één van de oprichters van de
Revolutionaire Arbeidersliga (RAL, de latere SAP), die eigenlijk
een fusie is van enerzijds de antikapitalistische linkerzijde
uit de arbeidersbeweging en anderzijds nieuwe groepen van
geradicaliseerde jongeren. Tot aan zijn dood blijft hij lid van
de leiding van de SAP.
Ernest
Mandel is gedurende zijn hele leven bezig geweest met de
uitwerking van een radicaal en open marxisme. Zijn 'Traite d'économie
marxiste' uit 1962 kende een zeer brede verspreiding. Mandels
werk verscheen in een hele reeks verschillende talen en hij had
een grote invloed op de vorming van een nieuwe generatie
kritische economen. Onder zijn belangrijkste werken rekenen we
(naast zijn Traité) "De vorming van het economisch denken
van Karl Marx", zijn geschriften over de lange golven van
de kapitalistische ontwikkeling en natuurlijk "Het
laatkapitalisme", volgens Perry Anderson "de eerste
theoretische analyse van de globale ontwikkeling van de
kapitalistische productiewijze sinds de tweede
wereldoorlog". Voorts willen we nog enkele andere werken
vermelden: "Over het fascisme", "The meaning of
World War two", "Kritiek op het
eurocommunisme"... En nog recenter schrijft hij "Power
and money".
In
1989-1990 koesterde hij grote hoop in de politieke
ontwikkelingen in Duitsland. Hij bekeek de evoluties in
Oost-Europa vanuit het perspectief van de linkse oppositie tegen
het stalinisme en tegen het kapitalisme. Hij neemt deel aan het
debat van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie over de
politieke betekenis van het gevecht van Trotski.
Ondanks
de nederlagen in Oost-Europa en de moeilijke situatie van de
mondiale arbeidersbeweging doorkruist Mandel de vijf continenten
om er zonder sectarisme en met optimisme en overtuiging zijn
ideeën te verdedigen. Op heel wat plaatsen slaagt hij erin
bruggen te slaan tussen verschillende linkse stromingen. Daaruit
put hij de overtuiging dat links, ondanks haar moeilijke
situatie, de drager blijft van de hoop op echte
maatschappijverandering.
Zijn
drukke activiteiten wegen echter op zijn gezondheidstoestand.
Mandel vindt de tijd niet om wat te rusten. Enkel tijdens de
laatste maanden van zijn leven zag hij zich verplicht het wat
rustiger aan te doen. Op 20 juli 1995 werd hij getroffen door
een fatale hartaanval. Eén maand daarvoor was hij nog aanwezig
op het XIVde wereldcongres van de Vierde Internationale. Hij
wees er toen op dat onze Internationale meer dan ooit op zoek
moet gaan naar nieuwe en internationale vormen van organisatie
voor de linkerzijde.
|