Met de val van de monarchie in Irak zet de revolutie die reeds
tien jaar het Midden Oosten in haar greep houdt een nieuwe en
sensationele stap voorwaarts. Na de val van de monarchie in
Egypte, het vertrek van de Britse troepen uit de zone van het
Suez kanaal, de nationalisatie van het kanaal, de
onafhankelijkheid van Marokko, Tunesië en Soedan is nu het
belangrijkste politieke bolwerk van de westerse wereld, in dit
deel van de wereld, ineengestort. Een revolutie die men
niet met kanonnen kan tegenhouden
Het streven van de Arabische volkeren naar eenheid en
werkelijke onafhankelijkheid van het Midden Oosten is een
getrouwe weergave van de nationaal democratische revoluties
zoals Europa die heeft gekend tussen de XVIde en de XIXde eeuw
en evenzo is ze onomkeerbaar en onstuitbaar. Het ware een erge
dwaling om te denken dat men met kanonnen in deze landen terug
feodale regimes zou kunnen op de been brengen en daarbij steunen
op corrupte kringen en pachas die de arme en deerniswekkende
‘fellahs’ tot de bot uitzuigen.
Zoals eertijds in Europa, is het de jonge industriële
burgerij die vol verlangen uitkijkt naar een uitgestrekte en
afgeschermde afzetmarkt voor haar producten en om goed te
gedijen dankzij de steun en de subsidies van haar eigen Staat.
Zij is de sociale kracht die alle baat heeft bij een grondige
omschakeling van het Midden Oosten. Maar deze bourgeoisie is
oneindig veel zwakker dat de Britse bourgeoisie het was, de
Franse, Duitse en Belgische ten tijde van de burgerlijke
revoluties. Ze staat tegenover een agrarisch probleem dat heel
wat meer ontvlambaar is dan het West-Europa het geval was. Een
revolutionaire oplossing van dit probleem zou het ineenstorten
van heel de sociale constructie met zich meebrengen. Dit is het
wat de burgerij wil vermijden.
Dit is de reden waarom ze te probeert tegelijkertijd massale
acties van de bevolking te ‘ontplooien’ en ‘in te perken’. Ze
moet de steun verwerven van de bevolking in een verbond tegen
het buitenlandse imperialisme. De acties moeten in banen worden
geleid om te vermijden dat er een echte volksrevolutie zou
losbarsten die de basis van deze burgerij zou kunnen bedreigen.
Daarom lijkt haar de meest gunstige oplossing regimes te zijn
die steunen op het leger.
Vandaag hebben heel wat politici het over een boek van Nasser
‘De Filosofie van een revolutie’. Doch ze kijken wel uit om een
tamelijk veelzeggende passage aan te halen waarin de Bakbachi
zijn angst weergeeft voor de ‘sociale fase van de revolutie’ die
onvermijdelijk moet volgen op ‘haar politieke fase’. Het is op
deze logische verloop van de gebeurtenissen dat de Europese
arbeidersbeweging resoluut zou moeten inzetten. Maar dit vereist
dat ze alle banden zou verbreken die haar direct of indirect
binden met de verrotte regimes van vroeger.
Dorpen zo groot als de Potemkine storten ineen
Toch zag het er lange tijd naar uit dat Irak de meest
stabiele bondgenoot van het Westen in het Midden Oosten zou
blijven. In tegenstelling met Jordanië, Saudi-Arabië of de
sultananten uit de Perzische Golf kende dit land een tamelijk
spectaculaire golf van moderniseringen. Zijn Eerste Minister,
Nouri Saïd, regeerde niet enkel met de meest harde repressie, de
knoet en de galg. Hij deed ook zijn best om de levensstandaard
van een deel van de bevolking te verbeteren door elektrificatie,
irrigatie en het vruchtbaar maken van de landouwgrond.
Heel wat westerse waarnemers die zich hadden laten beetnemen
door de schijn, hebben gesteld dat de Irakese regering met de
gulle en brede bijdragen die de petroleummaatschappijen aan dit
‘Ontwikkelingsfonds’ gaven definitief het pact van Bagdad had
geconsolideerd.
Deze redenering is vals gebleken. De economische voordelen
van deze omschakeling zijn enkel een klein deel van de bevolking
ten goede gekomen: de grootgrondbezitters hebben het meest
voordeel gehaald uit de irrigatie van de gronden. De verbetering
van de levensomstandigheden van de grote massa is voldoende
geweest opdat deze zich ging interesseren in het politieke leven
en volstond niet opdat ze in haar lot zou berusten.
En, vooral, nu Nouri Saïd de lagere burgerij had versterkt,
had hij precies deze politieke kracht versterkt die had
ontbroken en de nederlaag had veroorzaakt van de pro - as
opstand van Rachid Ali in 1941. Het was uit de geledingen van
deze burgerij dat de belangrijkste kader werden gerekruteerd
voor het leger die niet langer de gewillige werktuigen waren in
de handen van het Paleis. Ze werden een autonome kracht die de
belangen van de natie gelijk stelde aan de eisen van hun klasse.
Een verschrikkelijke nederlaag voor het westerse
bondgenootschap
De revolutie in Irak is een verschrikkelijke nederlaag voor
het westerse bondgenootschap waarvan de gevolgen niet alleen de
krachtsverhoudingen in dit deel van de wereld dreigen om te
gooien maar ook in de gehele wereld.
Een strategische nederlaag: nu Irak verloren is gegaan
betekent dit dat Turkije is ingesloten, dat er een open bres is
geslagen tussen het Atlantische Pact en het Pact van Bagdad, dat
de laatste westerse steunpunten in het Midden Oosten de een na
de andere als rijpe vruchten dreigen in de handen te vallen van
de Verenigde Arabische Republiek. Een even grote dreiging weegt
op Iran met het risico dat de Amerikanen hun basissen met 1.000
tot 2.000 km moeten verplaatsen.
Een politieke nederlaag: nu de Irakese monarchie is
ineengestort betekent dit een triomf voor de Verenigde Arabische
Republiek waarvan het prestige honderdvoudig de hoogte ingaat en
een sterke aantrekkingskracht uitoefent op de arme Arabische
volkeren van die landen die nog de feodaliteit kennen. Op min of
meer korte tijd zal het hele Midden Oosten aan de invloed van
het Westen ontsnappen. Dit betekent een directe bedreiging voor
de Marokkaanse monarchie en een duwtje in de rug voor de Noord
Afrikaanse revolutie, vooral voor de Algerijnse revolutie.
Een economische nederlaag: de val van het pro
imperialistische regime in Irak betekent dat de Irak Petroluem
Cy met nationalisatie wordt bedreigd, en voor een deel een
direct gevaar voor de bevoorrading van Frankrijk en Groot
Brittannië, een nieuwe aderlating in sterke deviezen dient zich
aan, de petroleum die in plaats zou komen van die uit het Midden
Oosten zal moeten ingevoerd worden uit het westerse halfrond. En
de val van dit regime is eventueel nog maar de voorbode van veel
erger: het volledige Midden Oosten dat verloren gaat betekent
het verlies van 60 % van de oliereserves die in de wereld
voorhanden zijn, de kapitalistische wereld zou morgen kunnen
gewurgd raken.
De vrede wordt sterk bedreigd
Het kan niet anders of de regeringsleiders in Washington en
Londen moeten heel gevoelig zijn voor deze diepgaande
verschuivingen die voortspruiten uit de Irakese revolutie. Hun
antwoord is gevat: bijna dadelijk werd er opgestreden. De
dreiging die ervan uitgaat voor de wereldvrede is erger dan
tijdens de Korea crisis, die in Indochina of die van Suez.
Heel zeker, noch Washington noch Moskou willen een
wereldoorlog. De toestand verschilt van die van 1939, toen
iedereen de furieuze gek kende die onverschillig stond tegenover
een wereldbrand en zich zelfs verheugde in zulk een
vooruitzicht. Doch dit doet nu gevaarlijk veel denken aan wat de
wereld heeft gekend aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog.
Twee blokken staan tegenover elkaar en houden elkaar in
evenwicht. Ieder blok steunt op een delicaat systeem van
bondgenootschappen. Ieder geringste verschuiving van de
verhoudingen tussen die bondgenoten dreigt de globale
krachtsverhoudingen tussen de blokken te verstoren. Ten alle
prijze moeten dergelijke verschuivingen vermeden worden. Daartoe
wordt er met tussenkomsten gedreigd. Is dat bluf? Zijn de
tegenstrevers vastbesloten om tot handelen over te gaan? Jammer
genoeg weten we dat pas als het te laat is.
Wanneer de westerse interventie beperkt blijft tot Libanon,
tot Jordanië, Saoudie Arabieë en tot de Perzische Golf, dan
blijft het conflict ongetwijfeld plaatselijk. Het Midden Oosten
zal verdeeld worden zoals Europa, Korea en Vietnam. De toestand
zal niet zonder gevaar blijven, want de Libanese burgeroorlog
dreigt haar grenzen te overschrijden, want Jordanië kan, op haar
beurt, ook opstanden kennen. Doch, zo het het Jordaanse leger,
met westerse hulp, Irak binnentrekt, dreigt het niet enkel te
botsen op het nieuwe gezag, doch ook op de Syrisch — Egyptische
troepen, zelfs op Sovjet vrijwilligers.
De inzet van dit vreselijk spelletje poker is immens:
miljarden dollars in petroleum, de laatste steunpunten van het
Britse Rijk. Maar het risico is nog groter: een nucleaire
botsing die niet enkel een einde zou maken aan de beschaving
doch ook aan het het menselijke bestaan op aarde. Moge de
arbeidersbeweging zich daar goed bewust van zijn, moge die met
al haar kracht wegen ten voordele van de vrede! |