| Het
                einde van de nazi-bezetting werd met zo'n enthousiasme gevierd dat wie zo'n momenten niet
                beleefd heeft ze zich amper kan voorstellen. Nochtans trad de realiteit van een rampzalige
                toestand al snel terug op de voorgrond. We hadden een gebrek aan alles. Kleding, schoeisel, alles ontbrak. Zonder
                het te hebben over de voeding die slechts moeizaam beter werd.
                Voor velen bleef de armoede domineren. 
                
                 Na
                enkele maanden geduld begonnen de gemoederen zich
                te roeren. De arbeiders kregen schoon genoeg van alle verder durende beperkingen. Ze wilden dat hun koopkracht
                in overeenstemming zou zijn met de bestaande
                behoeften. Hierdoor braken plots een hele reeks stakingen
                uit. 
                
                 Op
                het hoogtepunt van de strijd vond een grote betoging plaats te Morlanwelz. Bij het einde van de
                betoging
                onderhoudt een grote jonge man zich langdurig met een
                groep syndicale delegees van Le Centre. Voor
                het eerst kwam Ernest Mandel in Morlanwelz. In de daaropvolgende jaren zou hij er nog vele malen terugkeren.
                Waarom Morlanwelz? Omdat daar, in het oude
                volkshuis, de meest dynamische syndicale delegees uit
                de streek regelmatig vergaderden. Onder hen waren er
                vier lid van de Vierde Internationale en nog vele anderen waren sympathisant. En vooral, voor de coördinatie van
                het werk van al deze mensen, was er onze betreurde kameraad
                Gonzalis Descamps, aan wie we de vorming van
                vele generaties militanten te danken hebben. 
                
                 Ernest
                en Gonzalis werkten gedurende bijna twintig jaar samen. De totstandkoming van het socialisme was
                de
                grote bekommernis van Ernest. Maar het socialisme zou geen geschenk uit de hemel zijn. Dat moet opgebouwd
                worden. Men bouwt echter niet zonder grondstoffen. Bewuste militanten moesten dus in het marxisme geschoold
                worden, ze moesten voorbereid worden om de leiding van een staat
                op zich te nemen. Ze moesten ertoe
                gebracht worden een maatschappij van een ander type te creëren dat naar het socialisme leidt. 
                
                 Hen
                in te wijden in het marxisme, er de denkmethoden van aanleren, hen ertoe brengen samenhangende projecten
                uit te werken, ziedaar wat Ernest voorstelde. 
                
                 In
                Le Centre gingen we daar op in, lokale vormingskernen van arbeiders kenden een intense activiteit in tal van
                volkshuizen (we waren toen in de periode van het entrisme
                binnen de BSP). Het is ongetwijfeld te Morlanwelz
                dat het opvoedkundig werk het best uitgevoerd
                werd. Vele onderwerpen werden aangesneden, ze ontlokten
                altijd vruchtbare discussies. Ernest kwam ons onder andere
                onderhouden over de inhoud van “Holdings en democratie”. Aan
                het einde van de vergadering was het volledige publiek overtuigd
                van de noodzaak om een programma van antikapitalistische
                structuurhervormingen op te
                leggen, zoals dat uit deze studie voortvloeide. 
                
                 Door
                zijn aanstekelijk enthousiasme en optimisme hield Ernest uitzonderlijk krachtige redevoeringen.
                Dat was
                niet de enige van zijn verdiensten.
                
                 
 (*)
                Gilbert
                Leclercq is bouwvakker, syndicaal
                militant en
                lid van de Vierde
                Internationale sinds 1947
                
                
               |