Portaal

Biografie
Werken
Over het leven en het werk van Mandel...
Debatten, interviews, ...
Multimedia
Contact
Mailinglist

Nu voor 12 euro!

Dubbele DVD:

Links
Castellano
Deutsch
English
Français

Ernest Mandel in Latijns-Amerika

'Ik wil best leiders ontmoeten maar mijn voorkeur gaat uit naar degenen die aan de basis strijden'

Eric Toussaint

Afdrukken

Rood, speciaal nummer rond Ernest Mandel, jaargang 28, nr. 15-16, 1 september 1995

Ernest Mandel oefent heel wat invloed uit op een aanzienlijk deel van de Latijns-Amerikaanse revolutionaire linkerzijde. In 1991 ontmoette ik in Centraal-Amerika Roberto Rocca, de voornaamste leider van de Centraal-Amerikaanse Revolutionaire Arbeiderspartij, lid van het algemeen commando van het Salvadoriaanse FMLN. Hij wenste tenminste eenmaal Ernest Mandel te ontmoeten. Rocca begon zijn militant leven aan de universiteit van San Salvador als 'mandeliaans trotskist'. Hij had nooit rechtstreeks contact met Mandel gehad, noch met leden van de Vierde Internationale. Eind jaren '70 hadden de werken van Ernest hem sterk beïnvloed, binnen de KP werd hij als 'trotskist' gebrandmerkt. 

In zijn gekend werk over de Sandinistische guerrilla (De lange mars door de bergen) vertelt commandant Omar Cabezas dat Henry Ruiz (later een van de voornaamste Sandinistische leiders) ‘s avonds, in volle guerrilla, regelmatig in het Traité d’économie marxiste las. 

Ernest werd vele malen op het Latijns-Amerikaanse continent uitgenodigd, hij deed er meermaals grote zalen vollopen. Telkens wanneer Ernest een land aandeed, gaven de grote dagbladen en de TV-zenders de inhoud van zijn toespraken weer. 

Het ontbreekt ons hier aan ruimte om volledig in te gaan op de betrekkingen die Ernest met de linkse beweging in Latijns-Amerika onderhield. Er waren uiteraard de geprivilegieerde betrekkingen met de partijen van de Vierde Internationale op het continent. Zonder ooit zijn tactische visies op te dringen, voerde hij met hen een intense dialoog op voet van gelijkheid. 

Zijn voornaamste bekommernis was de versterking van onze revolutionaire beweging, zonder in sektarisme te vervallen. Een voorbeeld. In 1992 werd Ernest in Managua uitgenodigd voor de derde vergadering van het Forum van Sao Paulo, waar een honderdtal linkse Latijns-Amerikaanse partijen aan deelnamen. De belangrijkste formaties van dit Forum zijn de Braziliaanse PT, de Cubaanse KP, het Nicaraguaanse FSLN, bet Salvadoriaanse FMLN, de Mexicaanse PRD, het Frente Amplio van Uruguay... Ernest hield er een opmerkelijke redevoering. De meeste delegaties vroegen een kopie van zijn toespraak. De voormalige Nicaraguaanse president Daniel Ortega hield een werkvergadering me Ernest, net als een ander lid van de nationale FSLN leiding, Victor Tirado-Lopez. 

De voornaamste bekommernis van Ernest was echter het ontmoeten van militanten die een duidelijke revolutionaire oriëntatie verdedigden: “Ik wil best leiders ontmoeten, maar mijn prioriteit gaat uit naar degenen die aan de basis strijden”. Zijn gezellin Anne Sprimont weet dat het geen klein bier was Ernest ervan te overtuigen Tirado-Lopez te ontmoeten die twee jaar eerder schreef dat de cyclus van anti-imperialistisch revoluties beëindigd was”. Ik woonde de dialoog tussen Ernest en Tirado bij. Tirado legde uit dat het kapitalisme zijn crisis te boven was gekomen en dat het ons naar een soort socialisme leidde. Ernest wond er geen doekje om, antwoordde dat dit volkomen fout was en dat me niet mocht wachten om radicale antwoorden aan te brengen. De discussie duurde 45 minuten. Ernest stoorde zich geenszins aan welke vorm van protocol dan ook en verdedigde voluit zijn standpunten.

Ik zou willen besluiten met een persoonlijke herinnering. Op een dag vraagt Ernest me op welke leeftijd ik tot de Vierde Internationale was toegetreden. Juni 1977, ik zou zestien jaar worden”, zei ik. Ik ook, dat was in ‘39”, antwoordde Ernest. 

Het was een van de zeldzame keren dat ik hem oorlogsherinneringen hoorde ophalen. “Toen ik eens ontsnapte uit een nazi-kamp in Duitsland, werd ik opnieuw gevat en in een ander kamp opgesloten. Ik weigerde te zeggen waar ik vandaan kwam om te vermijden dat ik naar het eerste kamp werd teruggezonden, waar ik grote gevaren zou lopen. Korte tijd later bezocht de commandant uit het kamp waar ik ontsnapt was me in mijn cel. We stonden oog in oog. Vermetel glimlachte ik. Hij was onder de indruk en zei me dat ik m'n leven gered had. Hij vertrok zonder mijn overplaatsing te vragen.Ernest vervolgde: “Het rebelse karakter dat vaak jeugdigheid schenkt, staat je soms toe de meest kritieke situaties te doorstaan.

 

Contact webmaster

Avec le soutien de la Formation Leon Lesoil, 20, rue Plantin, 1070 Bruxelles, Belgique