Portaal

Biografie
Werken
Over het leven en het werk van Mandel...
Debatten, interviews, ...
Multimedia
Contact
Mailinglist

Nu voor 12 euro!

Dubbele DVD:

Links
Castellano
Deutsch
English
Français

Crisis van het kapitalisme, crisis van de mensheid

Welk alternatief?

Ernest Mandel - Internet-archief
Een gesprek met Ernest Mandel - Interview: Gabriël Maissin

Afdrukken

Rood, jaargang 28, nr. 8, 1 mei 1995, pp. 9-12

Bepaalde statistische indicatoren tonen aan dat er een economische heropleving plaats vindt. Klopt dat en zo ja, hoe diepgaand is ze? Kan ze de start zijn van een heropleving van de kapitalistische economie op middellange termijn? Een heropleving van de groei, van de investeringen?

Je moet een onderscheid maken tussen twee soorten fluctuaties in de kapitalistische economie. Er zijn niet enkel de korte cycli. Er zijn ook, wat men noemt de lange golven van expansie en crisis. De lange expansieve golf was kentekenend voor de kapitalistische economie tussen 1949 en het einde van de jaren '60, begin jaren '70. De lange neerwaartse golf die begon in 1973 kenmerkte zich door het feit dat, onafgezien van wat er conjunctureel, op korte termijn, gebeurt, de werkloosheid toeneemt. Je kan over de exacte cijfers discussiëren. Iedereen weet dat de officiële cijfers gemanipuleerd worden. Er zijn werklozen die niet als dusdanig erkend worden. Zij die vrijwillig de arbeidsmarkt verlaten worden ook uit de statistieken verwijderd. Mijn schattingen, die gedeeld worden door velen uit internationale syndicale milieus, is dat het aantal werklozen in de imperialistische landen de 50 miljoen mensen overstijgt. En dit cijfer blijft toenemen. In de Derdewereldlanden moet men met honderden miljoenen tellen.

Bovenop de werklozen moet je nog een boel andere mensen rekenen die aan hun lot worden overgelaten: de gemarginaliseerden, de miserabelen, zij die men de "nieuwe armen" noemt. Het gaat hier ook over miljoenen mensen en hun aantal groeit zienderogen. En dan hebben we het nog niet over de Derde Wereld. Men moet teruggaan naar het ergste moment uit de crisis van begin jaren '30 om gelijkaardige fenomenen tegen te komen. Zij die in de imperialistische landen onder de armoededrempel zitten vertegenwoordigen zo'n 10 a 30 procent van de bevolking, al naargelang het betrokken land. Maar zelfs in landen waar die groep nog geen 10 procent van de bevolking uitmaakt, ik denk hierbij aan Zweden of Zwitserland, zal dat niet lang meer duren. We hebben hier te maken met fenomenen die zich over de hele wereld voordoen. Omdat de kapitalistische economie niet in staat is deze evolutie te stoppen spreken we van een lange neerwaartse golf.
In de Derdewereldlanden en in Oost-Europa en Rusland gaat deze evolutie gepaard met een duizelingwekkende ineenstorting van de levensstandaard. In Mexico bijvoorbeeld is de levensstandaard van de meerderheid van de bevolking op enkele jaren tijd teruggevallen op het niveau van voor Wereldoorlog II. In sommige landen zien we een heropkomst van de kinderarbeid, een semi-slavernij in omstandigheden die weerzinwekkend zijn.

Dit alles sluit niet uit, dat er een conjuncturele opleving plaats vindt, binnen de lange neerwaartse golf. De lange neerwaartse golf betekent niet dat er een constante daling is van de productie. Goede en slechte conjuncturen volgen elkaar op.

Vandaag is er een onweerlegbare heropleving van de productie in een reeks van imperialistische landen, maar niet allemaal van dezelfde omvang. Dit creëert een gelegenheid voor de syndicale beweging om, zoals de Duitse metaalarbeiders deden, te zeggen "de productie stijgt, uw winsten stijgen, wij willen een deel van de koek". Hiervoor moeten de vakbonden zich bewustzijn van hun kracht en van de mogelijkheden die ze nog hebben. Het is het ogenblik om realiseerbare eisen te stellen. Maar in de grond verandert deze conjuncturele opleving op korte en middellange termijn niets fundamenteel. Momenteel is er geen vooruitzicht op een zachte landing van de neerwaartse golf op korte termijn. Het ziet ernaar uit dat het nog minstens tot het einde van de twintigste eeuw zal duren. Men mag nooit iets uitsluiten maar een diepgaande heropleving zit er niet in.

Nochtans zijn de winsten vandaag erg hoog. Sinds ’91-‘93 is er een groei van de winsten in de grootte van 12 à 13 procent. Waarom gaat zo'n heropleving van de winsten van de bedrijven dan niet gepaard aan een heropleving op langere termijn ? 

De reden is simpel en ligt in de aard van het kapitalisme zelf. Om een werkelijke heropleving van de investeringen en dus van een duurzame groei op lange termijn te hebben moeten er twee voorwaarden vervuld zijn: een verhoging van de winst maar ook een uitbreiding van de markt. Het kapitalistisch systeem kan niet functioneren op basis van macro-economische aanwijzingen. Elk koopwaar is specifiek en moet verkocht kunnen worden. De producenten van machines en werktuigen werken niet voor de consumenten van schoenen. We worden met een nieuw theoretisch probleem geconfronteerd waarover we ons moeten buigen. Tot vandaag werd er door de marxisten, waaronder ook de Vierde Internationale, te weinig aandacht aan besteed: wanneer men spreekt over de globalisering van de economie doet men alsof het om een magisch fenomeen gaat dat zich onafhankelijk van de sociale verhoudingen voordoet.

Een van de grote verdiensten van Marx en het marxisme is het begrip dat aan de basis van elke economische evolutie, van elk economisch systeem, van elke fundamentele socio-economische verhouding er relaties tussen mensen aan ten grondslag liggen.

Wat gebeurde er? Er vond een verhoogde concentratie en centralisatie van het internationaal kapitaal plaats. Dat ging gepaard met een reeks andere fenomenen waarvan men de omvang goed moet begrijpen. Ten eerste was er, wat ik noem, de "deprivatisering van het geld". Dat is het gevolg van de enorme macht van de multinationale ondernemingen, die vandaag de overheersende maar niet enige, organisatievorm van het grootkapitaal zijn geworden. Zij ontsnappen steeds meer aan elke controle van regeringen. De ontmantelings- en dereguleringspolitiek zoals ze gevoerd werd door Reagan en Thatcher, is niet de oorzaak maar het gevolg van dit fenomeen. Zij erkenden enkel de beperkingen van wat zij konden doen en hebben geprobeerd er voordeel uit te halen tegen de arbeidersklasse en de arbeidersbeweging, tegen de armen en hen aan hun lot overgelaten. Het echte mechanisme was dat ze niets konden doen. Om een voorbeeld te geven van het belang van het fenomeen: men kent nog steeds de omvang van de kapitalen niet die zich over de wereld verplaatsen. Wat men niet kent kan men natuurlijk niet controleren. Zolang de lange golf expansief was, was het fenomeen beperkt in omvang. Maar vanaf het moment dat men in de neerwaartse golf terecht kwam vielen twee fenomenen samen. Langs de ene kant de multinationals met hun enorme middelen en langs de andere kant de beperkingen van de productieve investeringen.

Daarbovenop kwam het fenomeen van de overliquiditeit, van buitengewone liquiditeiten door de omvorming van een belangrijk deel van het handelskapitaal in geldkapitaal. Dat wierp zich op speculatie op de beurs of in de immobiliën. De elektronica laat vandaag toe dat kapitalen zich erg snel over de ganse wereld bewegen. Maar het is erg belangrijk om daar cijfers op te plakken om goed te begrijpen waarover we spreken. Elke werkdag, laten we zeggen 150 dagen per jaar, wordt er op de wisselmarkten zoveel geld verhandeld als wat er jaarlijks aan geld in de wereldhandel omgaat!

Deze beweeglijkheid van het kapitaal zorgt ook voor de verderzetting van een ander verschijnsel: de schuldenlast. De kapitalistische economie kende na de Tweede Wereldoorlog een groei die dreef op een oceaan van schulden. Iedereen spreekt over de schuld van de Derde Wereld, maar deze schuld die rust op de helft van de wereldbevolking is slechts 15 procent van de ganse schuldenlast op wereldvlak. Er zijn de schulden van de imperialistische bedrijven, van kapitalisten, er is de schuld van de gezinnen, er zijn de schulden van regeringen van niet-derdewereldlanden. Het zijn onbecijferbare sommen geworden, het gaat over triljoenen dollars. Dat overstijgt onze verbeelding. En deze situatie verklaart waarom de zachte landing uit de lange neerwaartse golf onwaarschijnlijk is.

Wanneer we over multinationals spreken, moeten we vermijden ze als één blok te beschouwen. Het is een krabbenmand, ze zitten elkaar constant in de haren. Er is een voortdurend concentratieproces aan de gang. Grote firma's verdwijnen. Men citeert vaak het cijfer van de 600 multinationals die de wereldmarkt domineren. Sommige onheilsprofeten van het regime zeggen dat dit binnen enkele jaren tot 100 zal teruggedrongen zijn. Dat lijkt op het eerste zicht een beetje overdreven maar het is mogelijk.

Vandaag is de dollar in vrije val. Door de afwezigheid van een hegemonische imperialistische macht is de wereldburgerij onmachtig en niet in staat oplossingen op te leggen. De vergaderingen van de G7 eindigen meestal met de vaststelling van die onmacht. Er werden geen beslissingen genomen.

Door onze traditie, ons programma en een realistische kijk op de crisis van de mensheid en de burgerlijke beschaving, spreken wij over de crisis van de subjectieve factor, van een crisis van het bewustzijn, van de leiding van het proletariaat. Maar vandaag komt daar nog eens de crisis van het bewustzijn en van de leiding van de burgerij. En dat is geen kleine crisis. En dat is de socio-politieke reden waarom er op korte termijn geen zachte landing kan zijn uit de lange neerwaartse golf.

Nu kom ik op de mogelijkheden tot verzet van de arbeidersklasse en van de bevrijdingsbeweging in de Derde Wereld. Dit potentieel staat in relatie tot de vorige periode, de accumulatie van krachten, de reserves, de verworvenheden in de loop van de vorige periode van groei. De kapitalistische klasse moet beslissen: tot welk punt kan ze het antiarbeiders en anti-syndicale offensief opvoeren? Als ze te ver gaat kan ze een sterk verzet uitlokken vanwege de uitgebuitenen en onderdrukten in de breedste zin van het woord. De burgerij is over deze kwestie verdeeld.

De situatie kan in verschillende richtingen veranderen. Vandaag bevinden de uitgebuitenen en onderdrukten zich in een defensieve situatie. Maar als ze enkele van die defensieve gevechten winnen kunnen ze opnieuw tot het tegenoffensief overgaan. Dat is niet uitgesloten. Maar het tegenovergestelde is ook mogelijk: als er een nieuwe uitbreiding van de werkloosheid komt, als de officiële leidingen van de arbeidersbeweging opnieuw schaamtelijk capituleren voor het soberheidoffensief van het kapitaal, dan kan er een afbrokkeling komen van de weerstandscapaciteit van de arbeidersklasse.

En er kan een werkelijke dreiging van extreemrechts komen. Niet noodzakelijk in een fascistische vorm maar in de vorm van een sterke, repressieve staat. Een van de hoofdredacteurs van de krant "Le Monde", Edwy Plenel, stelt dat er in Frankrijk in elk geval een nieuwe Bonaparte aan de macht zal komen, wat ook de score van de volgende verkiezingen zal zijn. Hij heeft geen ongelijk. We kunnen dus niet erg optimistisch zijn. De situatie is niet gunstig.

Er is echter nog een andere dimensie. In de Vierde Internationale spreken we van de universele geloofwaardigheidscrisis van het socialisme. 

Na een lange periode en geholpen door enkele belangrijke gebeurtenissen is de arbeidersklasse zich bewust geworden van het bankroet van het stalinisme, van het poststalinisme, van de sociaal-democratie, van het pseudo-progressieve nationalisme in de Derde Wereld. En op dit moment ziet ze geen kracht links van deze bewegingen die geloofwaardig is en die een kans heeft om globale antikapitalistische oplossingen op te leggen.

Deze verzetsbewegingen zijn discontinu maar bereiken soms een ongeziene omvang en niet enkel langs arbeiderszijde. Toen het Opperste Gerechtshof van de Verenigde Staten het recht op abortus wilde beperken kwamen een miljoen vrouwen op straat om te protesteren!

Omdat ze discontinu zijn kunnen deze bewegingen op korte termijn gerecupereerd worden, of wat nog erger is, ze kunnen de strijd verliezen. Nochtans is er een belangrijke factor: steeds meer mensen zeggen "die aan de top zijn corrupt en onbekwaam". Dat ze corrupt zijn weet het kleinste kind, maar dat ze onbekwaam zijn dat is nieuw. Het is maar een kleine minderheid binnen de arbeidersbeweging die zo denkt maar de technologische evolutie draagt ertoe bij. Hooggeschoolde arbeiders hebben het gevoel dat ze beter de functionering van het bedrijf kennen dan de ingenieur of zelfs de directeur. De leerlingen van de beroepsscholen, die aan hun lot worden overgelaten, hebben de juiste indruk dat ze aan hun lot worden overgelaten, dat ze hun broek verslijten, dat ze enkel de dop als toekomst hebben. Maar er is vanalles aan het veranderen.
Een voorbeeld: in de staking van de Duitse metaalarbeiders maakte de vakbond, nochtans een van de rijkste van de wereld, snel de rekening. Zes maanden staking door drie miljoen arbeiders en de financiële reserves zijn uitgeput. Dankzij de kennis van de arbeiders, en niet die van de ambtenaren of de vakbondsbureaucraten, vinden ze ondernemingen waarvan de productie essentieel is voor de productie van talrijke andere bedrijven. Enkele ateliers waar zo'n 6 à 7 procent van het personeel werkt lamleggen volstaat om de hele sector in de war te sturen.

En zo betalen de bazen de staking. De patroon antwoordt met een lock-out maar de vakbond vecht dit aan als ongrondwettelijk. Ik denk dat als de vakbond de strijd steunt ze dit kunnen winnen. De vakbond zegt dat als de patroons de lock-out gaan toepassen ze de bedrijven zal bezetten. Dat is niet meer gebeurd sinds de jaren '20. De arbeiders zouden niet getwijfeld hebben.

Dit conflict blies het sociaal overleg op in het belangrijkste kapitalistisch land van Europa en het derde belangrijkste land van de wereld. Het gaf een voorbeeld aan de Amerikaanse en Japanse arbeiders. Explosieve materie!

Maar de hermobilisatie van deze sectoren van de arbeidersklasse is toch in tegenspraak met de globale sociale situatie: veel werkloosheid en een algemeen gevoel van de onmogelijkheid van een oplossing? Er is tegelijkertijd een deel van de arbeidersklasse die de kwetsbaarheid van het systeem zou kunnen begrijpen omdat ze ze ziet en er is het algemeen steeds meer verspreide gevoel van onmacht. Dit is wel een erg bijzondere ideologische conjunctuur.

Ik herhaal dat de globale situatie slecht is. Het offensief is in handen van het patronaat, het kapitaal. Wij zitten in het defensief. Maar we zijn niet onmachtig. Ik wil het accent leggen op een idee die onze partij nauw aan het hart ligt en die in onze activiteiten de rode draad vormt zeker wat betreft de Derde Wereld: het idee van de 'Solidariteit zonder grenzen'. Dit idee moeten we universeel maken. Dit is ons eerste ordewoord. Ik kan veel voorbeelden geven: een gemeenschappelijk front van arbeiders en werklozen, om te beginnen. In Frankrijk is de beweging opgestart met hoger geschoolde arbeiders. Er moeten nieuwe banden gesmeed worden. Dat is erg belangrijk. Feministische bewegingen, milieubewegingen moeten betrokken worden. En als ik spreek van bewegingen dan heb ik het over massabewegingen die precieze doelen hebben in deze solidariteit.

We moeten ons inspannen om tegenover de mondiale strategie van de multinationals, van delokalisatie van industrieën, een mondiale strategie van gezamenlijk overleg en actie van arbeiders en arbeidsters over de hele wereld.

Te beginnen met hen die voor eenzelfde multinational werken. Dan per industriële sector enzovoort. Dat is niet eenvoudig. Ik ben overtuigd van de moeilijkheden maar het is niet onmogelijk en het is de enige weg tegen een nationale, protectionistische en nationalistische terugplooi. Het is de enige weg om de strategie van de multinationals te counteren.

Soms werpt men op dat we ons op die manier verzetten tegen de industrialisatie van de Derdewereldlanden die vandaag "profiteren" van de delokalisaties. Dat is fout. We willen enkel komen tot een andere ontwikkelings- en moderniseringsstrategie van de Derde Wereld. Een ontwikkeling die niet gericht is op de uitvoer van goedkope arbeidskracht maar op de uitbreiding van de interne markt, op de verbetering van het welzijn van de bevolking enzovoort. De afschaffing van de schuldenlast, de poging om zich te verzetten tegen de negatieve evolutie van de ruilvoeten en een heleboel andere strategische elementen moeten mee in rekening worden genomen. Het is moeilijk maar niet onmogelijk.

Zonder deze voorwaarden zal er noch een oplossing vanuit de loontrekkende klasse noch een burgerlijke oplossing voor de crisis van de mensheid komen. Er zal een verlengde periode van crisissen zijn, van mondiale wanorde waarin de twee belangrijke sociale krachten, beetje bij beetje zullen proberen de voorwaarden op te leggen die met hun historische belangen overeenstemmen.

We moeten niet vergeten dat vandaag de fysieke overleving van de mensheid op het spel staat en dat is misschien nog het belangrijkste argument ten voordele van het socialisme. Er is de nucleaire en de militaire bedreiging. Er zijn de ziektes die het gevolg van armoede en van de mondiale wanorde zijn. Er is geen oplossing mogelijk binnen het kapitalisme. De crisis van de mensheid vereist een nieuwe maatschappij, een nieuwe beschaving. 

Contact webmaster

Avec le soutien de la Formation Leon Lesoil, 20, rue Plantin, 1070 Bruxelles, Belgique